(Positieve) weigering vergun­nings­aan­vraag varkens­hou­derij Emmeloord


Indiendatum: 10 okt. 2022

Geachte voorzitter van de Provinciale Staten,

Overeenkomstig artikel 23, lid 1 en 2 van het Reglement van Orde stelt de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen aan het college van Gedeputeerde Staten over de (Positieve) weigering vergunningsaanvraag varkenshouderij Emmeloord.

Wij stellen de volgende vragen aan het college van GS:

  1. Is het college van mening dat we verkeren in een stikstofcrisis, en daardoor op dit moment geen additionele stikstofemissies moeten worden toegestaan? Zo nee, waarom niet?
  2. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat (mede gezien de intentie van het kabinet en het rapport Remkes om het aantal gehouden landbouw dieren fors te laten krimpen) uitbreiding van een veehouderij in de huidige maatschappelijke situatie een totaal verkeerd signaal afgeeft richting onze inwoners en andere veehouders? Zo nee, waarom niet?
  3. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat er een moratorium moet komen op (lopende) vergunningsaanvragen ter uitbreiding van het aantal gehouden landbouwdieren in provincie Flevoland? Zo nee, waarom niet?
  4. Is het college bekend met de (positieve) weigering door provincie Flevoland als reactie op de vergunningsaanvraag in het kader van de Wet Natuurbescherming (Wnb) door de aanvrager uit Emmeloord? (brief met kenmerk 3012809, d.d. 27-09-2022)[1]
  5. Is het college het met de bestaande onderzoeken eens dat innovatieve toepassingen om stikstofuitstoot te beperken niet werken zoals beoogd en daarom niet gebruikt zouden moeten worden om meer dieren te kunnen houden? Zo nee, waarom niet?[2]
  6. Is het college het dan ook met de Partij voor de Dieren eens dat het niet is uit te leggen hoe een varkenshouderij maar liefst 57% kan uitbreiden (van 1024 naar 1606 varkens) zonder hierbij meer stikstofverbindingen (NH3) uit te stoten? Zo nee, waarom niet?
  7. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat de berekening die hierbij wordt opgevoerd slechts berust op theoretische modellen en niet op daadwerkelijke uitstoot?
  8. Is het college voornemens de situatie zoals beschreven in de genoemde vergunnings­aanvraag bij het betreffende bedrijf op locatie te beoordelen? Zo nee, waarom niet?
  9. Is het college van plan om voor het definitief worden van dit ontwerpbesluit, dit ontwerpbesluit terug te trekken gegeven de vorige vragen? Zo nee, waarom niet?

Sylvia Kers, Partij voor de Dieren Flevoland


[1] https://www.flevoland.nl/getmedia/1c13967e-1e27-46d0-b094-77ca220c5300/3012809-Wet-natuurbescherming-ontwerpbesluit-(positieve)-weigering-Maatschap-Goelema-van-Gijssel-Bomenweg-16-te-Emmeloord-DV.pdf

[2] https://nos.nl/nieuwsuur/collectie/13901/artikel/2443144-richten-boeren-hun-hoop-ten-onrechte-op-stikstof-innovaties

Indiendatum: 10 okt. 2022
Antwoorddatum: 4 nov. 2022

  1. Antwoord: Het college van GS is van mening dat de uitdagingen rond het stikstofdossier in relatie tot de opgaven zoals natuurherstel, klimaat en woningbouw groot zijn. Dit mede gezien gerechtelijke uitspraken. In het kader van het stikstofdossier blijft de provincie binnen het daarvoor geldende wettelijk kader handelen. Dit wettelijk kader staat additionele technieken om de stalemissies te beperken toe.
  2. Antwoord: Het college van GS is gehouden om met betrekking tot het beoordelen van aantallen landbouw dieren te handelen overeenkomstig het daarvoor geldende wettelijke kader en bestuurlijke afspraken daaromtrent. Verder is de Flevolandse Aanpak Stikstof die door Uw Staten is vastgesteld bepalend voor het handelen van het college van GS. Gezien voorstaande doet het college van GS op voorhand geen uitspraken over aantal gehouden landbouwdieren.
  3. Antwoord: Nee, zie daarvoor het antwoord bij 2. Op basis van dezelfde motivatie doet het college
    van GS geen uitspraken over een moratorium.
  4. Antwoord: ja, in het betreffende geval is er sprake van een bedrijf dat gebruik maakt van interne saldering. We spreken van intern salderen als het bedrijf zo wordt aangepast dat het niet méér stikstofneerslag veroorzaakt door het nieuwe project of de uitbreiding. In dat geval is er geen sprake van vergunningplicht en zijn wij op wettelijke grondslag verplicht de aanvraag weigeren. De initiatiefnemer is niet verplicht op grond van de Wet natuurbescherming bij interne saldering een vergunning aan te vragen. In dit geval is een positieve weigering afgegeven. Een positieve wijziging betreft een formele bevestiging van het bevoegd gezag (in dit geval provincie) dat geen vergunning benodigd is.
  5. Antwoord: Nee, wij passen de landelijke normen toe voor stalemmissies zoals die wettelijk zijn vastgesteld en zijn opgenomen in het wettelijk voorgeschreven rekenprogramma AERIUS-calculator en die ook gebruikt worden bij de milieuwetgeving. De RvS heeft onlangs uitspraak gedaan over stalsystemen met RAV code A1.13 en A1.28, niet over andere RAV codes en ook niet voor stalsystemen voor pluimvee of varkens zoals in deze situatie het geval is.
  6. Antwoord: Nee, zie daarvoor de uitleg bij vraag 4. Er is sprake van een situatie die vergunningvrij is en waarbij de provincie volgens haar wettelijke verplichting heeft gehandeld.
  7. Antwoord: ja, echter is wettelijk geregeld dat bij de beoordeling van vergunningaanvragen gebruik wordt gemaakt van de AERIUS Calculator. Er wordt niet gerekend met de daadwerkelijke uitstoot. De theoretische modellen hebben het doel om de daadwerkelijke situatie, die afhankelijk is van diverse factoren voer, staltype, onderhoud zo nauwkeurig mogelijk te benaderen.
  8. Antwoord: Het bedrijf zal vanuit de vastgestelde toezichtstrategie Stikstof op termijn bezocht worden. Tijdens dat bezoek zal ook de beoordeling op de aanwezige stalsystemen en het aantal gehouden dieren plaatsvinden. Echter, vanwege capaciteitsproblemen bij de OFGV, die het toezicht voor de provincie uitvoert, is nog niet te zeggen wanneer dit zal gebeuren. U bent hierover geïnformeerd middels de mededeling Uitvoering toezichtstrategie Stikstof van 25 augustus 2022 met kenmerk 3001908 (bijlage 1). Ten overvloede willen wij vermelden dat er door de OFGV wel
    reguliere milieucontroles plaatsvinden bij (agrarische) bedrijven.
  9. Antwoord: Nee, zie het antwoord bij vraag 4: er is bij intern salderen geen sprake van een vergunningplicht. De rechtsgevolgen van het positieve weigeringsbesluit zijn gelijk aan die van een vergunning voor het gevraagde project waaraan dezelfde argumentatie en grondslag zou zijn gelegd. Een vergunning levert in dit geval dus niet meer rechten op dan de positieve weigering, zodat de maatschap geen belang heeft bij het voeren van deze procedure.

Interessant voor jou

Controle OFGV op stikstofuitstoot Flevolandse veehouders

Lees verder

Opkoop stikstofruimte door het Rijk voor de luchtvaart

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Doe mee Doneer