Staten­vragen inzake de finan­ciering opvang in het wild levende dieren


Indiendatum: jun. 2016

Schriftelijke vragen ex. artikel 23 Reglement van Orde Provinciale Staten van Flevoland inzake de financiering van opvang voor in het wild levende dieren die verzorging nodig hebben

Geachte Voorzitter van Provinciale Staten,

Overeenkomstig artikel 23, lid 1 en 2 van het Reglement van Orde stelt de fractie van de Partij voor de Dieren onderstaande vragen aan het college van Gedeputeerde Staten inzake de financiering van opvang voor in het wild levende dieren die verzorging nodig hebben:

Inleiding:
Op 9 juni 2016 heeft de Stichting Dierennoodhulp Flevoland een verzoek om hulp ontvangen vanuit het Provinciehuis voor een kraai die al een paar dagen op het dak zat en eraf is gehaald door de technische dienst. De kraai is met de dierenambulance opgehaald en overgebracht naar een vogelopvang.

Naar aanleiding daarvan willen wij graag de volgende vragen stellen:

  1. Is het juist dat opvang van een kraai die verzorging nodig heeft niet valt onder de wettelijke zorgplicht van de gemeente volgens Art. 5:8 lid 3 BW?
  2. Heeft de provincieorganisatie als aanvrager van de hulp een vergoeding betaald voor het ophalen van dit dier? Zo ja, hoeveel? Zo neen, kunt u ons informeren hoe dan de financiering van het ophalen door de dierenambulance van de Stichting Dierennoodhulp Flevoland geregeld is?
  3. Heeft de provincie als aanvrager van de hulp een vergoeding betaald voor opvang en verzorging van het dier? Zo ja, hoeveel? Zo neen, kunt u ons informeren hoe dan de financiering van de opvang en verzorging geregeld is?
  4. Ben u het met ons eens dat we blij mogen zijn met de actie van de provincieambtenaar die namens de provincieorganisatie de Stichting Dierennoodhulp Flevoland gebeld, waardoor kon worden voldaan aan Artikel 2 van de Flora- en Faunawet, waarin de zorgplicht van een ieder, dus ook van de provincieorganisatie, voor in het wild levende dieren is geregeld?
  5. Bent u het met ons eens dat het goed is dat de Stichting Dierennoodhulp Flevoland het mogelijk heeft gemaakt dat de provincieorganisatie kon voldoen aan de in de vorige vraag genoemde wettelijke verplichting? Zo neen, had de provincieorganisatie andere middelen tot haar beschikking gehad om aan deze wettelijke verplichting te voldoen?
  6. Bent u het met ons eens dat het redelijk is dat organisaties zoals de Stichting Dierennoodhulp Flevoland door de overheid gesteund worden om het mogelijk te maken dat een ieder net zoals in dit geval de provincieorganisatie aan de wettelijke zorgplicht voor wilde dieren kan voldoen?

Bij voorbaat dank voor de beantwoording.

Namens de Flevolandse fractie van de Partij voor de Dieren,

Leonie Vestering, lid Provinciale Staten

Indiendatum: jun. 2016
Antwoorddatum: 20 jul. 2016

Schriftelijke statenvragen van de statenfractie van de Partij voor de Dieren over de financiering voor de opvang van dieren, ingediend op 15 juni 2016, en de antwoorden daarop van het college van Gedeputeerde Staten zoals vastgesteld op 12 juli 2016 (1933549).

Vraag 1. Is het juist dat opvang van een kraai die verzorging nodig heeft niet valt onder de wettelijke zorgplicht van de gemeente volgens Art. 5:8 lid 3 BW?

Antwoord: Het betreffende artikel heeft betrekking op eigendom van roerende zaken. Een in het wild levende vogels is geen eigendom van iets of iemand. Dit artikel is voor deze situatie niet van toepassing.

Vraag 2. Heeft de provincieorganisatie als aanvrager van de hulp een vergoeding betaald voor het ophalen van dit dier? Zo ja, hoeveel? Zo neen, kunt u ons informeren hoe dan de financiering van het ophalen door de dierenambulance van de Stichting Dierennoodhulp Flevoland geregeld is?

Antwoord: De provincie heeft geen vergoeding betaald voor het ophalen van de kraai. De dierenambulance rekent hiervoor geen tarief.

Vraag 3. Heeft de provincie als aanvrager van de hulp een vergoeding betaald voor opvang en verzorging van het dier? Zo ja, hoeveel? Zo neen, kunt u ons informeren hoe dan de financiering van de opvang en verzorging geregeld is?

Antwoord: De provincie heeft geen vergoeding betaald voor opvang en verzorging van het dier.

Vraag 4. Bent u het met ons eens dat we blij mogen zijn met de actie van de provincieambtenaar die namens de provincieorganisatie de Stichting Dierennoodhulp Flevoland gebeld, waardoor kon worden voldaan aan Artikel 2 van de Flora- en Faunawet, waarin de zorgplicht van een ieder, dus ook van de provincieorganisatie, voor in het wild levende dieren is geregeld?

Antwoord: Wij zijn blij met de actie van de provincieambtenaar.

Vraag 5. Bent u het met ons eens dat het goed is dat de Stichting Dierennoodhulp Flevoland het mogelijk heeft gemaakt dat de provincieorganisatie kon voldoen aan de in de vorige vraag genoemde wettelijke verplichting? Zo neen, had de provincieorganisatie andere middelen tot haar beschikking gehad om aan deze wettelijke verplichting te voldoen?

Antwoord: Het is goed dat er onder andere via de Stichting Dierennoodhulp Flevoland maatschappelijk aandacht en daadkracht is voor het naleven van hetgeen bepaald is in Artikel 2 van de Flora en Faunawet.

Vraag 6. Bent u het met ons eens dat het redelijk is dat organisaties zoals de Stichting Dierennoodhulp Flevoland door de overheid gesteund worden om het mogelijk te maken dat een ieder net zoals in dit geval de provincieorganisatie aan de wettelijke zorgplicht voor wilde dieren kan voldoen?

Antwoord: Hiervoor verwijs ik graag naar de beantwoording van motie D 13 d.d. 26 januari 2016 (#1860954). Waarin de verantwoordelijkheid van de provincie op het onderwerp dierenwelzijn is beschreven.

Interessant voor jou

Statenvragen over ontheffing voor ondersteunend afschot van knobbelzwanen

Lees verder

Mondelinge vragen subsidiƫring EK Zoetwatervissen

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Doe mee Doneer