Program­ma­be­groting 2025


13 november 2024

Voorzitter laat ik met wat positiefs beginnen;

We hebben in het verleden een motie aangenomen gekregen over het opstellen van SMART-doelen. Ja, er zijn wat verbeteringen zichtbaar in de begroting, maar, zodra het lastig wordt om iets meetbaar te maken, verdwijnt het probleem zomaar uit het zicht. Dat is toch wel een erg gemakkelijke manier van werken.

Als we dan naar de financiën kijken, valt op dat de weerstandsratio stijgt naar 1,8. Dat vinden wij te ruim in een tijd waarin Flevoland voor enorme uitdagingen staat: van het tegengaan van klimaatverandering tot het aanpakken van dramatisch biodiversiteitsverlies en urgente sociale vraagstukken. Geld oppotten in een spaarpot is niets minder dan maatschappelijk onbenut vermogen. De Partij voor de Dieren ziet dat liever ingezet voor onze planeet en samenleving, niet voor het bufferen zonder duidelijke noodzaak.

Bovendien is er nog volop belastingruimte. Onze opcenten liggen flink lager dan het landelijke gemiddelde, en wat ons betreft kan dat omhoog, in lijn met het principe dat de vervuiler betaalt. De werkelijke kosten van autogebruik, zoals uitgaven voor infrastructuur, zijn vele malen hoger dan wat we nu via de wegenbelasting innen. Mensen zonder auto subsidiëren nu feitelijk het vervuilende gedrag van anderen, en dat moet stoppen.

Wat betreft de ambities: het herstel van biodiversiteit wordt als een van de belangrijkste doelstellingen genoemd, maar de aanpak is halfslachtig. Er wordt gesteld dat het aantal insecten nog niet gemeten kan worden, en er wordt geen alternatieve indicator opgenomen om het doel te toetsen. De middelen zijn schandalig beperkt, en het lijkt erop dat de verantwoordelijkheid vooral bij de boeren wordt gelegd—juist diezelfde boeren die, volgens wetenschappelijk onderzoek, door hun intensieve landbouwmethoden bijdragen aan het verlies van biodiversiteit. Mooie woorden, maar waar blijven de daden? Voorzitter, het is tijd om het beleid te ondersteunen met geld en serieuze maatregelen, niet met eindeloos bufferen en het opbouwen van een weerstand die we toch niet nodig hebben.

Voorzitter, de Partij voor de Dieren maakt zich ook ernstig zorgen over de aanpak van invasieve exoten, zoals de reuzenberenklauw. Is de huidige inzet werkelijk voldoende? Onze biodiversiteit staat al zo enorm onder druk, en het provinciale beleid dat nodig is om hier daadkrachtig tegen op te treden, komt maar niet op gang. Het lijkt vooral een kwestie van mooie woorden, zonder dat er daadwerkelijk genoeg middelen en mankracht beschikbaar worden gesteld. Ondertussen verspreiden deze planten zich ongecontroleerd over heel Flevoland. Mijn vraag aan de gedeputeerde: wanneer kunnen we verwachten dat er écht actie wordt ondernomen? Zijn de beschikbare middelen wel toereikend om een serieuze en ambitieuze slag te slaan in de bestrijding van deze soorten, zoals de reuzenberenklauw en de Japanse duizendknoop?

De bossenstrategie is ook een doorn in het oog. De provincie schuift de verantwoordelijkheid af naar gemeenten, die maar bomen moeten planten in nieuwe woonwijken om aan de doelstellingen te voldoen. Maar een paar bomen of een laan vormen nog geen bos! Het is absurd om te denken dat gemeenten voor 2030 zomaar 1.150 hectare bos kunnen realiseren binnen woonwijken. Dit is niet alleen onrealistisch, het ondermijnt de waarde van wat een echt bos betekent.

Hetzelfde geldt voor koolstofvastlegging. Ja, bomen zijn een goed middel hiervoor, maar zonder concrete indicatoren en zonder een realistisch budget voor de bossenstrategie houden we onszelf gewoon voor de gek. Waarom wordt het überhaupt eigenlijk nog opgeschreven?

En dan het klimaatbeleid. Wat zien we daar? Enkel een droombeeld van een kernreactor die nog decennialang niet operationeel zal zijn. Dit college zet in op luchtkastelen, in plaats van urgente, tastbare oplossingen.

Het woord “dier” komt precies nul keer voor in de hele begroting. Alleen de Oostvaardersplassen worden genoemd, en dan ook nog eens als een risico vanwege mogelijke reputatieschade. Het welzijn van de 3 miljoen dieren in Flevoland, die vaak lijden in de bio-industrie, wordt volledig genegeerd. Dat is treurig, voorzitter. Het is hoog tijd dat dierenwelzijn eindelijk serieus wordt genomen. We hebben hier in Flevoland zeven keer zoveel dieren als mensen, en die verdienen het om gezien te worden.

Maar wat lezen we in deze begroting? Trots op de boer. Geen woord over de dieren die dagelijks worden uitgebuit door diezelfde boeren. Het is een voorbeeld van een onempathisch en egocentrisch beleid, waarin de meest kwetsbare levende wezens volledig worden genegeerd. Dat kan en moet anders en daar hopen wij dan ook op bij de volgende begroting.

Voorzitter wij hebben een amendement over de opcenten, die zal ik nu namens de Partij voor de Dieren en GroenLinks indienen.

Amendement: Versnel de bossenstrategie en laat de vervuiler betalen