Monde­linge vervolg­vragen Tong­vis­serij


Indiendatum: mrt. 2024

Op 9 februari jongstleden heeft de Partij voor de Dieren schriftelijke vragen gesteld over een mededeling die de gedeputeerde op 8 december heeft verstuurd. Hierin staat dat de gedeputeerde aan de minister van LNV, Piet Adema, heeft gevraagd om zich in te spannen om de ‘Total Allowable Catch’ maximaal in te zetten in de actieve visserijvloot. Een vijfde van de contingenten (individuele vangstrechten) is namelijk in handen van het ministerie, waardoor (nog) niet alle toegestane vangst daadwerkelijk gevangen mag worden. Hoeveel vis gevangen mag worden, is bepaald door onderhandelingen binnen de Europese Commissie. Ik dank gedeputeerde voor de inspanningen in het beantwoorden van onze schriftelijke vragen, echter zijn er nog wat vragen onbeantwoord gebleven of nieuw opgeroepen.

  1. Vissen kunnen pijn, angst en stress ervaren. En dus zullen de meeste vissen die gevangen worden, lijden. Erkent de gedeputeerde dit? Zo ja, op welke manier neemt hij dit mee in zijn afweging om te pleiten voor meer vangst door het maximaal benutten van de vangstmogelijkheden? Zo nee, waar baseert hij zich op?
  2. Met de brief van 8 december aan het ministerie van LNV wilde het college oproepen om de contingenten die in het bezit zijn van het ministerie beschikbaar te stellen aan de actieve visserijvloot. Het ministerie heeft in juli 2022 echter al toegezegd dat deze contingenten beschikbaar komen voor de producentenorganisaties en dit beleid later ook nog herhaald. Dus wat was het doel van deze oproep aan het ministerie?
  3. In onze schriftelijke vragen vroegen wij de gedeputeerde of er ook gepleit wordt voor betere handhaving op zee. Dit kan er namelijk aan bijdragen dat schepen die de regels overtreden inzichtelijk worden. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld saneringsregelingen en verdeling van visquota eerlijker worden. De gedeputeerde gaf aan “geen rol te hebben in het handhavingsbeleid van de Rijksoverheid." Formeel hebben we als provincie noch een rol in het handhavingsbeleid noch in de totaal toegestane vangst. Dus hoe weegt de gedeputeerde deze twee zaken anders? Waarom wordt wel gelobbyd voor maximale vangst en niet voor betere handhaving?
  4. Inmiddels is het Visserij Ontwikkelplan aan de Staten ter informatie voorgelegd. Er is aangegeven dat hiervoor met ondernemers in de visclusters en met maatschappelijk betrokken burgers, middenstand, stichtingen en verenigingen in de visserijgemeenschappen is gesproken. Is er ook gesproken met organisaties die een ander belang dienen, namelijk het belang van de levende wezen die uit hun leven in zee gerukt worden? Is er gesproken met dierenwelzijnsorganisaties? Zo ja, met wie en hoe vaak? Zo nee, waarom niet?

Deze vragen zijn mondeling beantwoord op 27-03-2024

Interessant voor jou

Bomenkap Gooiseweg

Lees verder

Status FPLG naar aanleiding van nieuw regeerakkoord

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Doe mee Doneer